31 aug Cycle4Girls: een belangrijke druppel op een gloeiende plaat
Sommigen onder ons kiezen voor een strandvakantie, anderen voor een culturele vakantie en nog anderen kiezen ervoor om tijdens hun vakantie een goed doel te steunen.
Wij hadden een gesprek met Joost Heres, projectmanager en transitiemanager bij DiVetro. Joost fietste tussen 5 en 10 augustus in Zambia de ziel uit zijn lijf voor Cycle4Girls, een actie van Plan Nederland en Plan Zambia.
Joost, je hebt er een bijzondere ‘vakantie’ opzitten.
Joost: Dat klopt. Begin augustus nam ik samen met een vriend deel aan Cycle4Girls, een zesdaagse fietstocht van Plan Nederland door Zambia.
Met die fietstocht wilden we Plan Nederland helpen om in Zambia awareness te creëren voor de problematiek rond kindhuwelijken en tienerzwangerschappen.
Vanwaar de keuze voor dit goede doel Joost?
Joost: Zoals ik eerder ook al zei: ik vind het belangrijk dat iedereen eigen keuzes kan maken en toegang heeft tot educatie. Dat is in Zambia nog niet het geval.
Waar en wanneer heb je beslist om aan deze actie deel te nemen?
Joost: Dat moet vorig jaar in oktober geweest zijn. Toen namen Rinze en Marco, twee collega’s bij Dela, deel aan Cycle4Girls.
Hun verhalen over de ervaringen tijdens de tocht werkten aanstekelijk. Iets later had ik een afspraak met Guido, een maatje van bij DELA. Ik vond het leuker om als duo deel te nemen en onder het genot van een biertje vroeg ik hem of hij zin had om mee te gaan. Hij was meteen even enthousiast als ik.
Mooi zo. Hoe is jullie reis verlopen?
Joost: Op 2 augustus hebben we het vliegtuig genomen om op 3 augustus via Dubai in Lusaka, de hoofdstad van Zambia, te landen. Daar werden we met een transfer naar onze eerste tentenkamp gebracht.
De volgende dag bezochten we het lokale kantoor van Plan Zambia. We kregen er een presentatie van alle activiteiten en we hebben een lokaal project en een markt in Lusaka bezocht.
Hoe zag dat project eruit?
Joost: Plan Zambia helpt in Lusaka zo’n 1000 jongens en meisjes met allerlei projecten rond educatie. Op die manier proberen ze die kinderen op het juiste pad te houden.
Dat is niet evident want er is veel armoede in Zambia. Het was dan ook mooi om te zien dat iedereen zich optrekt aan een ‘wall of fame’, een verzameling van mensen uit dat stadsdeel die het via muziek, sport en op andere manieren in Zambia gemaakt hebben.
Dit project helpt helaas slechts een 1000-tal kinderen. Het is dus een druppel op een gloeiende plaat, maar het is wel een zeer belangrijke druppel!
“Alles was prima geregeld. Primitief maar wel gezellig.”
En wanneer begon jullie fietstocht?
Joost: Na ons bezoek aan het project zochten we ‘s avonds onze fietsen uit. Zaterdag begon dan onze eerste fietsdag.
‘s Ochtends werden we tijdens een officieel moment uitgezwaaid door een aantal hoogwaardigheidsbekleders. Dat doet Plan Zambia echt goed: ze gebruiken dit soort initiatieven om awareness te creëren.
Omdat de hoogwaardigheidsbekleders aanwezig waren was de lokale tv en radio er ook. Zo krijgt de boodschap meteen veel draagkracht. We merkten tijdens onze tocht ook dat de mensen in de dorpjes waar we doorreden wisten wie we waren: ze hadden over ons gehoord of ze hadden ons op televisie gezien.
Na een mooie fietstocht kwamen we ’s avonds bij onze volgende slaapplaats aan. Dat was prima geregeld: tentjes, een mobiele keuken, een gat in de grond en een teiltje water met een bekertje om je te douchen. Primitief maar wel gezellig.
Fietsten jullie vooral over verharde wegen of over dirt roads?
Joost: Een combinatie van beide. De tweede dag bijvoorbeeld hebben we een vijftigtal kilometer over dirt roads gefietst.
We bezochten die dag ook een ziekenhuis dat door een Engelse dame wordt gerund. Dat gaf wel een paar situaties waar ik me ongemakkelijk bij voelde. Als je als westerling onbekende zieke mensen van Zambia bezoekt dan is het best moeilijk om je een houding te geven.
Maar het was wel interessant om te zien hoe men daar in Zambia met beperkte middelen toch de zorg op orde tracht te krijgen. Zorg staat in Zambia naar westerse maatstaven nog altijd in de kinderschoenen maar het is er wel.
Hoe was het weer tijdens de fietstocht?
Joost: De temperatuur viel goed mee, vooral ook omdat we vroeg vertrokken. We stonden elke dag om half 6 op en rond 7 uur zaten we meestal op de fiets.
We hadden wel behoorlijk wat wind. Die was niet hinderlijk maar wel voelbaar. Enkel de laatste dag hadden we een prettig windje in de rug.
“Ik ben geen BN'er maar ik kan me nu wel inbeelden hoe het voelt als iedereen aan je wil zitten.”
Dat kan ik me voorstellen. Hoe zagen de overige dagen van de tocht eruit?
Joost: Op de derde dag hadden we een lange rit voor de boeg. Die dag stond in het teken van het breken van het afstandsrecord van de vorige groep. Dat is ook gelukt (lacht). We hebben die dag 122 kilometer gefietst en één sportieveling is zelfs nog 20 kilometer doorgegaan omdat hij er niet genoeg van kon krijgen.
Heb je tijdens de tocht nog veel contact gehad met de plaatselijke bevolking?
Joost: Ja hoor. Je ziet natuurlijk voortdurend de herkenning in de ogen van de mensen als je in groep voorbijrijdt. Veel zwaaien en Howauuuu’s (how are you) langs de weg werkt super motiverend! En af en toe werden er ook ‘activiteiten’ geregeld.
Zo was er aan het einde van de vierde dag een evenement georganiseerd met de lokale jeugd. Dat evenement was al een hele dag bezig, de pers was volop aanwezig, en onze aankomst vormde een van de hoogtepunten van de dag.
We hebben toen van lokale muziek en een toneelstuk genoten en we hebben verteld waarom we de tocht reden; een vrij drukke maar bijzondere ervaring.
Ik ben geen BN’er maar ik kan me nu wel inbeelden hoe het voelt als iedereen aan je wil zitten. Alle kinderen wilden handjes en high-fives geven. Best leuk maar het is toch ook wel lekker om weer rustig in de safaritruck te zitten.
Maar uiteraard is het vooral prachtig om het enthousiasme bij de bevolking te zien. Wij waren enthousiast en zij waren enthousiast, dat werkt enorm aanstekelijk.
Verliep de communicatie met de plaatselijke bevolking vlot?
Joost: Absoluut. In Zambia is de officiële taal Engels, maar niet iedereen spreekt dat. Veel spreekt men in lokaal Zambiaans, per regio zijn dit verschillende dialecten. We hadden ook altijd een tolk bij ons, de communicatie verliep dus best vlot.
“Zeker voor meisjes is het niet vanzelfsprekend om hun toekomst vorm te geven.”
We zitten inmiddels aan de vijfde dag. Hoe is die verlopen?
Joost: De vijfde dag stond in het kader van sponsorkindjes en het project dat wij als groep sponsoren. Plan is natuurlijk gekend om de sponsorkinderen, maar Guido en ik geloven meer in het sponsoren van de gemeenschap dan in het sponsoren van individuele kinderen.
Daarom hebben wij geen individuele kinderen gesproken. In plaats daarvan hebben wij voetbal en handbal gespeeld met een hele groep kinderen, superleuk en enthousiast.
In deze gemeenschap kregen we te horen hoe de projecten van Plan Zambia gedefinieerd worden. Ik kijk daar als projectmanager naar en moet dan toch toegeven dat dit projectmatig goed in elkaar steekt en goed geregeld is.
Alle projecten hebben duidelijke doelen en resultaten en bestaan uit modules om die doelen te bereiken. De kinderen leren gericht hoe ze zich horen te gedragen, hoe ze met hun eigen seksualiteit kunnen omgaan en hoe ze hun toekomst kunnen vormgeven.
Zeker voor meisjes is dat geen vanzelfsprekendheid.
“Als je weinig hebt dan bewandel je het snelst de gemakkelijkste weg.”
Hoezo?
Joost: Jongens gaan in Zambia meestal naar school. Meisjes helaas niet. Het klinkt misschien opportunistisch, maar ouders verdienen geld aan het uithuwelijken van meisjes.
En als je weinig hebt dan bewandel je het snelst de gemakkelijkste weg. Dat wil zeggen dat meisjes in Zambia vaker geen opleiding krijgen en dat hun toekomst voor hen bepaald wordt t.o.v. jongens.
Met onze actie kweken we bewustwording voor meisjes, ouders en omgeving en bieden we een alternatief.
Hoe ziet dat alternatief er dan uit?
Joost: In het algemeen wil Plan brede awareness creëren over de mogelijkheid en het belang van educatie en seksuele voorlichting voor kinderen en meisjes in het bijzonder.
En heel specifiek willen ze het onderwijs voor meisjes praktisch zo haalbaar mogelijk maken.
Wij dragen met onze sponsortocht bijvoorbeeld financieel bij aan het bouwen van slaapzalen voor meisjes. Zo hoeven meisjes niet langer elke dag ver te reizen om naar school te gaan en hebben ze een beschermde plek.
Zo staan ze een stapje dichter bij school en zo staan ze minder bloot aan alle gevaren onderweg.
“Het drop-out percentage van jonge moeders uit het onderwijs neemt af. Dat zijn hoopvolle berichten.”
Dit is natuurlijk allemaal mooi, maar wel een westerse manier van denken. Staan de mensen in Zambia open voor onze alternatieve denkwijze en projecten?
Joost: Ja toch wel, maar het kost best veel tijd en moeite om diepgewortelde gewoontes in vraag te stellen en mensen uit te nodigen om alternatieven te overwegen.
Maar initiatieven zoals Cycle4Girls werken. Tijdens onze reis hoorden we dat het drop-out percentage van jonge moeders uit het onderwijs afneemt. Dat wil zeggen dat meisjes toch terug naar school gaan wanneer ze onverhoopt een kind hebben gekregen. Dat zijn hoopvolle berichten.
Ik denk dat we bijna aan het einde van de reis beland zijn nu?
Joost: Dat klopt. Op de zesde dag stond als afsluiter de langste rit op het programma: 130 kilometer, gelukkig met de wind in de rug en vooral bergaf.
We eindigden ‘s middags met z’n allen op een prachtige brug in South Luanga National Park. Onder die brug lagen de nijlpaarden en krokodillen in de zon.
Het zorgde voor een enorme ontlading toen we de finish met z’n allen haalden. Op weg naar ons lodge hebben we dan ook nog eens wilde olifanten gezien. Prachtig.
Fietsten jullie tijdens de tocht trouwens altijd in groep?
Joost: Ja en nee. Iedereen fietste op zijn of haar eigen tempo zodat je soms alleen, soms in groep en soms met z’n tweeën kon fietsen. Op die manier heb ik veel leuke gesprekken gehad.
We fietsen in blokken van 20 kilometer, waarna er een pauze was voor fourage en we vertrokken pas weer 10 minuten nadat de laatste deelnemer binnengekomen was.
“Om 5 uur op en om 6 uur op safari.”
Hebben jullie verder nog tijd gehad om van de plaatselijke fauna en flora te genieten?
Joost: Zeker. Vrijdag was het safari-time. ‘s Ochtends moesten we om 5 uur op en om 6 uur vertrokken we op safari. Daarna konden we lekker ontspannen aan het zwembad.
‘s Avonds volgde dan nog een avond/nachtsafari. We hebben toen leeuwen, olifanten, bizons, nijlpaarden en hyena’s gezien. Anderen van de groep hebben de big 5 gezien; ikzelf moest het helaas met enkel een foto van een luipaard doen.
Zaterdagochtend waren we vrij: een beetje ontspannen aan het zwembad, en een massage om de spieren weer los te krijgen. ‘s Middags vlogen we met zijn allen in één vliegtuigje weer naar Lusaka, dikke pret aan boord!
Zondag zijn we dan weer aangekomen op Schiphol, waar het ontvangstcomité uiteraard klaarstond.
Ben je maandag dan meteen weer aan de slag gegaan?
Joost: Nee, niet echt (lacht). Ik had een halve dag vrij genomen maar het is een hele dag geworden. Ik was toch behoorlijk moe.
Het was een week met weinig slaap en veel inspanningen. Ik heb toch wel een weekje nodig gehad om volledig bij te tanken.
“Bij die kinderen draait het puur om het plezier in het spelletje. Dat is zo mooi.”
Wat was je mooiste ervaring?
Joost: Goh, als ik dan toch moet kiezen dan denk ik het voetballen met de kinderen op dag 5.
Dat draait bij die kinderen helemaal niet om winst maar puur om het plezier in het spelletje. Dat is zo mooi.
Persoonlijk vind ik het ook een overwinning dat ik de reis gemaakt heb. Het was een mooie fysieke inspanning, ik heb bijgedragen aan een goed doel en ik heb een mooie tijd gehad.
Heb je nog moeilijke momenten gekend?
Joost: Fysiek heb ik niet echt moeilijke momenten gekend maar ik vond het wel lastig om geconfronteerd te worden met de mensen in het ziekenhuis. Zeker als buitenstaander.
En ik wil uiteraard niet verwend klinken maar als je na een dag fietsen aankomt bij een primitieve tent of lodge met een putje in de grond en een teiltje om je te douchen dan is dat even wennen!
Maar iedereen zit in hetzelfde schuitje en we weten hoe de plaatselijke bevolking leeft. Zo kun je de situatie snel relativeren.
Wat zul je je over 20 jaar nog van deze tocht herinneren?
Joost: Ik denk de fijne groep mensen waarmee ik deze tocht gefietst heb. Er waren nooit spanningen, geen groepen binnen de groep. We waren echt één groep met hetzelfde doel. Daarom gaf het ons ook zo’n voldoening toen we samen de eindstreep bereikten. Dat is gewoon gaaf.
Courtesy of Yoreh Schipper
Dat is het zeker Joost. Bedankt voor dit gesprek en gefeliciteerd met je prachtige inspanning. Een mooi initiatief!
Vragen of meer informatie?
Vond u dit artikel interessant? Via de knoppen hieronder kunt u het met uw netwerk delen.
Wilt u meer weten over Cycle4Girls of Plan Nederland? Op de website van Plan Nederland leest u er alles over.
Overweegt u om deze tocht zelf te maken en heeft u verder nog praktische vragen? Joost geeft u graag tips en vertelt u graag meer over zijn ervaringen: mailto:joost.heres@divetro.nl